De financieel directeur stelt jaarlijks, na het afsluiten van het boekjaar, onder functionele leiding van de algemeen directeur een jaarrekening op.
Zowel het OCMW als de gemeente stellen de rekening elk voor hun deel vast. Vervolgens keurt de gemeenteraad het deel van het OCMW goed.
De beleidsevaluatie van de jaarrekening geeft het beleid weer dat de gemeente en het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn gedurende het boekjaar hebben gevoerd en evalueert de beleidsdoelstellingen en de mate waarin ze zijn bereikt.
De financiële nota van de jaarrekening geeft de financiële gevolgen van het gevoerde beleid weer.
De toelichting van de jaarrekening bevat alle informatie over de verrichtingen in het ontwerp van jaarrekening die relevant is voor de raadsleden om met kennis van zaken een beslissing te kunnen nemen.
Het managementteam heeft op 27 mei 2024 een positief advies geformuleerd over het voorontwerp van de jaarrekening 2023.
Artikel 78, 4° van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017
De OCMW-raad is bevoegd voor het vaststellen van de beleidsrapporten van het OCMW.
Artikel 176, 1° en 2° van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017
De financieel directeur staat onder functionele leiding van de algemeen directeur in voor:
1° het opstellen, in overleg met met managementteam, van het voorontwerp van de beleidsrapporten.
2° het voeren en het afsluiten van de boekhouding
Artikels 260 tot en met 262 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017
Deze artikelen bepalen dat elke gemeente voor 30 juni van het boekjaar een rekening moet vaststellen en stelt de onderdelen vast waaraan deze rekening moet voldoen.
Artikel 2 en 3 van het Ministerieel besluit tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen
De samenstelling van de jaarrekening
Artikel 17 tot en met artikel 28 van het besluit Besluit van de Vlaamse regering over de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen
Vaststelling van de inhoud van de jaarrekening
Artikel 1:
De rekening 2023 sluit af met de volgende staat van het financieel evenwicht:
Budgettair resultaat | Jaarrekening | Meerjarenplan |
I. Exploitatiesaldo | 4.879.228,91 | 2.532.253,04 |
a. Ontvangsten | 18.477.673,22 | 17.588.408,94 |
b. Uitgaven | 13.598.444,31 | 15.056.155,90 |
II. Investeringssaldo | -1.886.972,38 | -2.580.822,78 |
a. Ontvangsten | 71.891,04 | 329.728,58 |
b. Uitgaven | 1.958.863,42 | 2.910.551,36 |
III. Saldo exploitatie en investeringen | 2.992.256,53 | -48.569,74 |
IV. Financieringssaldo | -911.036,86 | -911.036,86 |
a. Ontvangsten | 0,00 | 0,00 |
b. Uitgaven | 911.036,86 | 911.036,86 |
V. Budgettair resultaat van het boekjaar | 2.081.219,67 | -959.606,60 |
VI. Gecumuleerd budgettair resultaat vorig boekjaar | 3.382.936,21 | 3.382.936,21 |
VII. Gecumuleerd budgettair resultaat | 5.464.155,88 | 2.423.329,61 |
IX. Beschikbaar budgettair resultaat | 5.464.155,88 | 2.423.329,61 |
Autofinancieringsmarge | Jaarrekening | Meerjarenplan |
I. Exploitatiesaldo | 4.879.228,91 | 2.532.253,04 |
II. Netto periodieke aflossingen | 911.036,86 | 911.036,86 |
a. Periodieke aflossingen conform de verbintenissen | 911.036,86 | 911.036,86 |
b. Periodieke terugvordering leningen | 0,00 | 0,00 |
III. Autofinancieringsmarge | 3.968.192,05 | 1.621.216,18 |
Gecorrigeerde Autofinancieringsmarge | Jaarrekening | Meerjarenplan |
I. Autofinancieringsmarge | 3.968.192,05 | 1.621.216,18 |
II. Correctie op de periodieke aflossingen | -61.802,37 | 933.294,14 |
a. Periodieke aflossingen conform de verbintenissen | 911.036,86 | 911.036,86 |
b. Gecorrigeerde aflossingen o.b.v. de financiële schulden | 972.839,23 | -22.257,28 |
III. Gecorrigeerde autofinancieringsmarge | 3.906.389,68 | 2.554.510,32 |
Geconsolideerd financieel evenwicht | Jaarrekening | Meerjarenplan |
I. Beschikbaar budgettair resultaat | ||
- Gemeente en OCMW | 5.464.155,88 | 2.423.329,61 |
Totaal beschikbaar budgettair resultaat | 5.464.155,88 | 2.423.329,61 |
II. Autofinancieringsmarge | ||
- Gemeente en OCMW | 3.968.192,05 | 1.621.216,18 |
Totale Autofinancieringsmarge | 3.968.192,05 | 1.621.216,18 |
III. Gecorrigeerde autofinancieringsmarge | ||
- Gemeente en OCMW | 3.906.389,68 | 2.554.510,32 |
Totale gecorrigeerde autofinancieringsmarge | 3.906.389,68 | 2.554.510,32 |
Artikel 2:
De tussenkomst van het gemeentebestuur aan het OCMW wordt bepaald op basis van het budgettair resultaat. Deze tussenkomst bedraagt in 2023 961.140,28 euro.
Artikel 3:
De OCMW-raad stelt het deel van het OCMW van de jaarrekening 2023 vast.